A. PLAATS IN DE ORGANISATIE

 

1.     Doelstelling

Het doel van Rosorum is het leveren van 24-uurs zorgdiensten aan bewoners in de thuissituatie, waarbij de zorgvraag vanuit de bewoner en diens relaties centraal staan en de zorg in dialoog tussen de hulpverlener en de bewoner tot stand komt in een kwalitatief hoogwaardige woonomgeving op maat.

2.     Doel / kern van de functie

Het coördineren van de zorgverlening. Daarnaast het verzorgen / verplegen van bewoners in de thuissituatie of in de Zorgvilla, waarbij het zorgleefplan leidend is en het bewaken van de zorg conform de afspraken van het indicatiebesluit CIZ. De zorgcoördinator heeft een voorbeeld, consult en adviesfunctie, waarbij zij collega verzorgenden en verpleegkundigen ondersteunt en begeleidt.

 

3.     Situatieschets
De functie is onderdeel van Rosorum en is gekoppeld aan een locatie van Rosorum. De zorgcoördinator kan werkzaam zijn in de Residenties en de Zorgvilla’s van Rosorum. Binnen de Residenties van Rosorum wonen bewoners zelfstandig. Zij ontvangen de zorg en dienstverlening in hun eigen appartement. Binnen de zorgvilla’s van Rosorum wonen bewoners die niet meer zelfstandig kunnen wonnen. De zorg en dienstverlening in de Zorgvilla’s heeft een kleinschalig karakter en is gericht op belevinggericht zorg. Het “samen leven” staat centraal.

De zorgcoördinator  is lid van een zorgteam en levert, persoonlijke verzorging, verpleging en ondersteunende begeleiding. De zorgcoördinator coördineert de zorg en dienstverlening van aan de bewoners van haar locatie.

 

4.     Leiding ontvangen / aanwijzigingen geven

Ontvangt leiding van de locatiemanager.

Geeft adviezen en aanwijzingen aan verzorgenden / verpleegkundigen m.b.t. de te verlenen zorg en daaraan gerelateerde werkzaamheden.

 

5.     Contacten

 

Intern:

·        Heeft functionele contacten met de locatiemanager en collega’s van het team.

·        Heeft functionele contacten met diverse disciplines welke betrokken zijn bij de zorg.

·        Neemt deel aan bewonerbesprekingen onder leiding van de locatiemanager met als doel afstemmen van de zorg.

·        Neemt deel aan het teamoverleg met de locatiemanager met als doel informatie uitwisseling en operationele afstemming.

 

Extern:

·        Heeft dagelijks zorgcontacten met de bewoner en diens relaties.

·        Bewoners en hun systeem, locale netwerkpartners (o.a. huisartsen, CIZ en andere zorgaanbieders, ouderen netwerken etc.)

 

 

B. TAKEN / VERANTWOORDELIJKHEDEN IN HOOFDLIJNEN

 

1.     Coördineert het zorgproces binnen de zorg aan bewoners in de thuissituatie

2.     Het verlenen van zorg aan bewoners in de thuissituatie

3.     Is (mede) verantwoordelijk voor de uitvoering van het zorgleefplan

4.     Beroepsontwikkeling en deskundigheidsbevordering

5.     Overige taken.

 

1.    Coördineert het  zorgproces binnen de zorg aan bewoners in de thuissituatie.

1.1   Voert de regie over het zorgproces en stemt de activiteiten van diverse professionals op elkaar af.

1.2   Wijst bewoners toe aan verzorgenden/verpleegkundigen a.d.h.v. de complexiteit van zorg in overleg met de locatiemanager.

1.3   Fungeert als mentor / coach en begeleidt verzorgenden / verpleegkundigen bij de uitvoering van het zorg- /verpleegproces.

1.4   Geeft functionele en operationele aanwijzingen aan verpleegkundigen, verzorgenden en gastvrouwen.

1.5   Vervult een voorbeeld functie, inspireert en motiveert collegae.

1.6   Kan bij afwezigheid van de locatiemanager onvoorziene gebeurtenissen van organisatorische aard opvangen en coördineert de werkzaamheden tijdens deze diensten.

 

2.     Het verlenen van zorg aan bewoners in de thuissituatie.

2.1   Het begeleiden, ondersteunen, en/of overnemen van de ADL, verrichtingen van de bewoners.

2.2   Ondersteunt, adviseert en stimuleert desgewenst de verzorgenden  t.a.v. de bewoners in de thuissituatie.

2.3   Verricht verpleegtechnische handelingen in alle voorkomende zorgsituaties.

2.4   Handelt bij calamiteiten overeenkomstig voorgeschreven richtlijnen en protocollen.

2.5   Het observeren en rapporteren volgens gehanteerde methodiek en systemen.

2.6   Het verrichten van voorbehouden handelingen in opdracht van de huisarts en binnen het kader van de wet BIG.

 

3.    Is (mede) verantwoordelijk voor de uitvoering van het zorgleefplan

3.1   Het voeren van opnamegesprek met de bewoners en/of diens relaties.

3.2   Stelt bij afwezigheid van de locatiemanager, het zorgleefplan en de zorgovereenkomst op en tekent deze namens de organisatie

3.3   Draagt mede zorg voor de uitwerking van het indicatiebesluit in overleg met de bewoner en diens familie.

3.4   Stelt het zorgleefplan op en bespreekt dit samen met de bewoner en/of diens relaties

3.5    Signaleert veranderingen in bewonersituaties en zorgbehoeften en weet deze om te zetten in een passend zorgaanbod. Houdt daarbij rekening met verschillen tussen professionele normen en de normen van de bewoner.

3.6   Onderhoud contact met de overige bij de behandeling betrokken disciplines, zoals de huisarts, fysiotherapie en activiteitenbegeleiding en heeft de regiefunctie.

3.7   Informeert collegae over het zorgleefplan en spreekt hen eventueel aan op het niet nakomen van in het zorgleefplan gemaakte afspraken. Blijft tijdens afwezigheid verantwoordelijk voor de uitvoering van het zorgleefplan.

3.8   Draagt mede verantwoordelijkheid voor uitvoering van zorg conform de afspraken met de bewoner en binnen de kaders van het zorgleefplan en alsmede de kaders van Rosorum Residenties

3.9   Bewaakt de randvoorwaarden die nodig zijn om de continuïteit en kwaliteit van zorgverlening te waarborgen.

 

4.    Beroepsontwikkeling en deskundigheidsbevordering

4.1   Neemt het initiatief en doet voorstellen aan de locatiemanager voor verandering van protocollen en verpleegkundige interventies, adviseert over het opstellen, invoeren en evalueren van nieuwe verpleegkundige standaarden en (keten)zorgprogramma’s.

4.2   Houdt zich op de hoogte van en is in staat om nieuwe ontwikkelingen te implementeren in de beroepspraktijk.

4.3   Participeert in werk- en / of projectgroepen ten behoeve van de zorg binnen Rosorum, is trekker / kan als voorzitter fungeren.

4.4   Geeft klinische lessen,  praktijkinstructie en scholing.

 

5.    Overige taken.

5.1   Draagt zorg voor een doelmatige, efficiënte planning van de zorgroutes zowel op korte als op lange termijn en de daarbij behorende personele planning.

5.2   Draagt zorg voor een juiste administratieve afhandeling van de zorgverlening en lost acute problemen op.

5.3   Zorgt voor tijdige uitbreiding of verlenging van indicatiebesluiten

5.4   Het begeleiden van stagiaires en leerlingen.

5.5   Uitvoeren ARBO-beleid.

 

 

 

C. TOELICHTING FUNCTIE-EISEN

 

1.     Kennis

1.1    Een afgeronde verpleegkundige opleiding op niveau 4 of ziekenverzorgende met uitgebreide, ervaring als Eerste Verantwoordelijke Verzorgende (EVV) in de thuiszorg. Heeft competenties passend bij dit  niveau.

1.2   Beschikt over mimimaal 2 jaar werkervaring in een vergelijkbare functie.

1.3   Staat ingeschreven in het BIG register (verpleegkundige).

1.4   Heeft kennis van de benodigde tiltechnieken en is in staat deze uit te voeren.

1.5   Heeft werkervaring binnen de ouderenzorg en bij voorkeur ervaring met psychogeriatrische zorgproblematiek.

1.6   Heeft algemene kennis van de organisatie en van andere disciplines waarmee een functionele relatie bestaat.

1.7   Heeft algemene kennis van de wet en regelgeving ten aanzien van extramurale zorg

1.8   Houdt vakkennis bij door middel van vakliteratuur, klinische lessen en bijscholingen.  

1.9   Heeft adequate gebruikerskennis in het hanteren van standaardapplicaties (kantoorautomatisering, zoals bijvoorbeeld Word, Outlook, Excel).

1.10 Heeft ervaring met planning, coördineren en uitvoeren van thuiszorg en het coachen van medewerkers en teams.

 

2.     Zelfstandigheid

2.1   Treedt handelend op bij problemen van verzorgende / verpleegkundige aard. Beargumenteert gemaakte keuzen indien van protocollen / standaarden wordt afgeweken.

2.2   Is in staat de regie te voeren over de toegewezen bewoners.

2.3   Is in staat zorginhoudelijke en organisatorische problemen op te lossen

2.4   Kan onvoorziene omstandigheden van organisatorische aard opvangen.

2.5   Werkt zelfstandig binnen teamverband. Organiseert het eigen werk en kan niet-alledaagse problemen zelfstandig oplossen.

2.6   Moet vooruit kunnen zien i.v.m. planning en organisatie van zorgproces en personeel.

2.7   Is in staat interventies uit te voeren in hoogcomplexe situaties en maakt daarbij gebruik van vindingrijkheid, creativiteit, en neemt zonodig initiatief.

2.8   Is in staat om in overleg met de locatiemanager, haar handelen achteraf te toetsen.

 

3.     Sociale vaardigheden

3.1   Tact, inlevingsvermogen, respect, hulpvaardigheid en het bewaren van de eigen houding zijn van belang in contacten met bewoners en hun mantelzorgers. Overredingskracht, stimuleren en motiveren van bewoners bij de zelfzorg en bij het aanbrengen van structuur zijn daarvan onderdeel. Kan luisteren en doorvragen.

3.2   Is door analytische, probleemoplossende en communicatieve vaardigheden in staat te reflecteren op het eigen handelen en het handelen van anderen (in team- of multidisciplinair verband)

3.3   Voor het opbouwen en onderhouden van contacten en samenwerking met andere disciplines, zowel binnen als buiten de organisatie worden eisen gesteld aan sociale vaardigheden.

3.4   Geven en ontvangen van feedback, levert een positieve bijdrage aan de sfeer in het team en het kunnen omgaan met conflicten, zijn van belang bij de coachende rol van de zorgcoördinator in het team.

 

4.     Risico’s, verantwoordelijkheden en invloed

4.1   Is verantwoordelijk voor de kwaliteit van het werk binnen de vastgestelde kaders van het zorgleefplan en het realiseren van de primaire doelstelling

4.2   Er kan sprake zijn van afbreukrisico in de goede naam van de organisatie tijdens de contacten met bewoners en diens relaties.

4.3   Risico bestaat op het veroorzaken van lichamelijk / geestelijk letsel aan bewoners tijdens de uitvoering van zorgtaken of verpleegtechnische handelingen en het niet tijdig signaleren of interpreteren van verslechtering van de conditie van de bewoners.

4.4   Is verantwoordelijk voor een adequaat gebruik van middelen en materialen.

 

 

5.     Uitdrukkingsvaardigheid

5.1   Mondelinge uitdrukkingsvaardigheid is vereist tijdens gespreksvoering met collega’s, familie, mantelzorg bewonerbesprekingen en bij het coachen van collega’s.

5.2   Schriftelijke uitdrukkingsvaardigheid is vereist bij het opstellen en onderhouden van het zorgdossier, verslaglegging en overdracht.

 

6.     Bewegingsvaardigheid

6.1   Is vaardig in het uitvoeren van verzorgende / verpleegkundige en verpleegtechnische handelingen.

6.2   Is vaardig in het uitvoeren van til- en transferbewegingen.

 

7.     Oplettendheid

7.1   Is oplettend in het signaleren van veranderingen in lichamelijk, sociale en geestelijke toestand van de bewoner.

7.2   Is oplettend  bij de regievoering over het zorgproces rondom de toegewezen bewoners. 

7.3   Aandachtverstorende factoren  zijn beperkt aanwezig in de vorm van oproep via de mobiele telefoon.

7.4   Oplettendheid is vereist t.a.v. het functioneren van medewerkers, zowel individueel als in teamverband.

 

8.     Overige functie-eisen

8.1   Volharding, geduld en doorzettingsvermogen is nodig in het eigen functioneren.

8.2   Systematiek,  ordelijkheid en hygiëne is nodig tijdens het uitvoeren van verzorgende / verpleegtechnische handelingen.

8.3   Integriteit en betrouwbaarheid is vereist i.v.m. het werken met zorgplannen met privacygevoelige informatie.

8.4   Eisen worden gesteld aan voorkomen en gedrag tijdens zorgcontacten met de bewoner en diens relaties.

8.5   Gevoel voor menselijk lichaam, materiaal en / of apparatuur zijn van belang bij het observeren en verzorgen van de bewoner en voor het omgaan met medisch-technische apparatuur.

8.6   Heeft een dienstverband van minimaal 32 uur per week.

 

9.     Inconveniënten

9.1   Is in staat tot fysieke inspanning als lopen en regelmatig tillen en bukken tijdens de verzorging. Hierbij kan deels teruggevallen worden op hulpmiddelen.

9.2   Er is sprake van psychische belasting door aangesproken te kunnen worden op het resultaat, terwijl de zorg in teamverband plaatsvindt.

9.3   Verdraagt psychische belasting  in het werk en confrontatie met psychisch of lichamelijk leed bij bewoners en diens relaties. Kan anticiperen op veranderingen in het gedrag van de bewoner en op onverwachte situaties.

9.4   Kan omgaan met bezwarende werkomstandigheden als het in contact komen met bloed en excretieproducten van met name bewoners die een besmettelijke ziekte hebben.

9.5   Kan omgaan met het risico op ongewenst gedrag van  bewoners en hun relaties.